Interview Hirokazu Kore-eda
Hirazoku Kore-Eda (Tokyo, 1962) is een gevestigde naam binnen de Japanse cinema geworden. Na een vroege carrière als romanschrijver, documentairefilmer en televisieregisseur legt hij zich sinds 1998 toe op de regie van lange speelfilms, die tot nu toe allemaal goed in de smaak vallen bij de critici. Na AFTERLIFE (1998), NOBODY KNOWS (2004) en STILL WALKING (2008) gaat ook zijn nieuwste werk AIR DOLL over vergankelijkheid en de schoonheid van het grote en het kleine.
In AIR DOLL wordt de latex opblaaspop Nozomi (overtuigend wereldvreemd gespeeld Bae Doona) op een ochtend wakker met een hart, en leert met vallen en opstaan te leven en lief te hebben. Kore-Eda zelf heeft het leven in ieder geval lief. The Cult Corner sprak op de 39e editie van het Internationaal Film Festival Rotterdam met de Japanse regisseur over gezelschapsrobotjes, Pinoccio en de dood.
Als vrouw snap ik de aantrekkingskracht van een opblaaspop niet. Kunt u die fascinatie uitleggen?
Als man snapte ik het van tevoren ook niet, maar toen heb ik onderzoek gedaan en gepraat met een aantal mannen die leefden met zo'n pop. Er waren mannen die een relatie hadden gehad en waren bedrogen of verlaten door hun vrouw en zoiets niet nog een keertje wilden meemaken. Dus namen ze een vrouw die ze nooit zou kunnen bedriegen. Een tweede, misschien positievere reden, was dat ze met zo'n 'vrouw' iets kunnen scheppen dat voldoet aan een ideaalbeeld. De pop kan het perfecte haar en ogen hebben, en de mannen kunnen haar aankleden zoals ze haar het liefste zien, of de gesprekken voeren die ze het liefste zouden voeren. Er zijn dan geen teleurstellingen over iets dat niet binnen dat ideaal past. Een van de mannen die ik interviewde zei 'ga nou eens gewoon zitten, zet die pop naast je, en leg haar hoofd op je schouder.' Dat gevoel, dat enigszins zware gevoel van iemand die tegen je aanleunt. Thuiskomen na een dag hard werken, het licht aandoen en dat er dan iemand is, dat het appartement niet helemaal leeg is, of onderweg naar huis langs een winkel gaan en boodschappen doen voor niet maar een, maar twee personen. Dat gevoel niet alleen te willen zijn, los van de seksuele component ervan, dat kon ik wel erkennen en plaatsen. Het lijkt misschien op wat sommige mensen voor een huisdier voelen en ik beschouw dat ook niet als pervers, eerder als een klein beetje merkwaardig.
In Japan hebben ze ook gezelschapsrobotjes. Is de eenzaamheid verdrijven met iets dat niet echt is iets typisch Japans?
Het is niet beperkt tot Japan. Ook in andere landen hebben mannen zulke poppen in huis. Er is zelfs een film over gemaakt, LARS AND THE REAL GIRL (2007, Craig Gillespie, LM). Maar het is wel zo dat veel mensen van deze generatie in Tokyo, toch wel representatief voor het Japan van vandaag, zijn opgegroeid met bijvoorbeeld de Astro Boy cartoons van Osamu Tezuka, over een robotjongen die de wereld redt. Een soort hybride tussen mens en iets zonder ziel is dus wel bekend in de populaire cultuur, misschien dat Japanners er daarom makkelijker mee omgaan. Grappig is wel dat een ander woord voor dit soort poppen 'Dutch wife' is, een term die via het Engels in het Japans terecht is gekomen, en die afkomstig zou zijn uit de tijd dat Nederlandse soldaten tijdens de oorlog geen geld wilden uitgeven aan prostituees, en vanuit Nederland een pop meenemen om het mee te doen. Ook een referentie naar het zuinige imago van de Nederlanders natuurlijk. Ik weet niet hoe veel van dat verhaal waar is, hoor.
In de film zit een scene waarin Nozomi's eigenaar Hideo zegt haar liever zonder ziel te willen. Waarom is dat?
In de eerste versie van het scenario had Hideo een tegenovergestelde reactie en was hij juist heel blij toen hij er achter kwam dat ze tot leven was gekomen. Maar nadat ik met al die mannen had gesproken kwam ik er achter dat als die pop niet meer voldoet aan het ideaalbeeld als haar stem bijvoorbeeld anders is dan ze zich hadden voorgesteld of ze zich anders beweegt. Dat zou die mannen eerder beangstigen dan dat ze er blij van worden. Voor hen is ze dan juist minder menselijk omdat ze afwijkt van het beeld dat ze van haar geschapen hadden. Wat ik wilde duidelijk maken is dat Hideo niet van Nozomi houdt omdat ze een vervanging is voor een weggelopen vriendin of zo, maar om hoe ze is. Uiteindelijk was dat een heel belangrijk inzicht dat ik wilde overdragen: Voor deze man is deze pop, zoals ze is, iets om van te houden. Zijn omgeving heeft er misschien problemen mee, maar hij zelf niet.
En wat zegt dat over de huidige manier van omgang?
Alle andere personages, en dat komt terug in de manga waarop de film gebaseerd is (van Yoshiie GÅda, LM), hebben ook een vorm van leegte die ze niet kunnen vullen. De manier waarop het zich bij Hideo tentoonstelt is maar een manier, maar een soortgelijk gemis bestaat ook bij anderen, in een andere vorm. Het zijn vormen van onvolmaakt geluk, tevredenheid die niet compleet is.
Op een gegeven moment zegt een oude man inderdaad tegen Nozomi dat 'iedereen leeg is, tegenwoordig'. Ik vond dat iets te letterlijk uitgespeld. Was u bang dat de boodschap niet over zou komen?
Het wordt daar misschien wel heel direct gesteld, maar de betekenis is wel dubbelzinnig, omdat wat hij bedoelt met leeg zijn en wat zij bedoelt twee heel verschillende dingen zijn. Zij is fysiek leeg, hij metaforisch, en daardoor ontstaat er onbegrip en een conflict tussen die twee. In die zin klinkt het wellicht wat letterlijk, maar vanwege die dubbele bodem vond ik het wel goed om hem die woorden in zijn mond te leggen.
Nozomi krijgt in AIR DOLL een baan bij de videotheek.
Dat zat al in de oorspronkelijke manga. Dat zij, die zelf een substituut is voor iemand anders, komt te werken in een winkel waar substituten voor films worden verkocht, vond ik een interessante combinatie. Ze groeit in wezen ook op door films te kijken, als afspiegelingen van het leven.
Wat was de eerste film die u zag?
Ik denk PINOCCIO.
Wat toevallig, gezien dat AIR DOLL eigenlijk een moderne versie van PINOCCIO is.
Dat is wel grappig ja. En DE KLEINE ZEEMEERMIN, daar lijkt het ook op.
U wilde vroeger romanschrijver worden, en u heeft een achtergrond in documentaire. Wordt u door een bepaald soort verhaal aangetrokken?
Ik heb niet echt een vastomlijnd idee van wat voor verhalen ik wil vertellen. Ik word gewoon door iets geraakt. Er gebeurt iets in mijn omgeving, of ik heb aan iets gewerkt en ben daarbij iets tegengekomen. Die zaadjes worden in me geplant en dat begint dan vorm te krijgen en te groeien. Al mijn films zijn op die achteloze manier tot stand gekomen, zonder dat ik zoek naar een specifiek verhaal. Er wordt vaak van mijn werk gezegd dat het gaat over verlies of de dood. Een tijd geleden was er in Frankrijk iemand die zei dat ik altijd vertel over mensen die achterblijven. De overlevenden, zeg maar, of dat nu kinderen zijn die alleen gelaten worden door hun ouders, zoals in NOBODY KNOWS, of een familie die achterblijft na een sterfgeval, zoals in STILL WALKING. Dat gaat misschien voor AIR DOLL iets minder op, maar het is wel de beste beschrijving, ook al kies ik niet doelbewust voor zo'n thema.
Kunt u toch proberen na te gaan waarom u telkens bij zulke zware thematiek belandt?
Ik zie het niet als iets negatiefs. Zelfs al zijn het zware thema's, ik probeer het wel zo licht mogelijk te brengen, zodat mensen er ook om kunnen glimlachen.
Heeft dat te maken met de manier waarop u zelf naar de wereld kijkt? In NOBODY KNOWS zit een scene waarin de kinderen voor het eerst weer naar buiten gaan en daar met eenzelfde kinderlijke verwondering om zich heen kijken als Nozomi dat doet in AIR DOLL.
Ik wil inderdaad graag zo naar de wereld kijken. Ik probeer het. Ik wil de wereld bekijken alsof hij maar 1 keer voorbij komt, alsof ik hem alleen maar nu in deze vorm kan zien, met het besef dat elke ervaring uniek is. Daar streef ik naar.
Is dat ook hoe u wilt dat mensen naar uw films kijken?
Ja. Dat lijkt me mooi.
Waarom moest Nozomi aan het eind dood?
In het origineel eindigt het verhaal wanneer Hideo een nieuwe pop koopt en Nozomi bij het grofvuil zet. Maar ik vond het mooier als ze zou sterven, omdat ze met alles dat ze ervaart steeds minder pop wordt, en steeds meer mens. Dat wordt pas compleet op het moment dat ze sterft, want dan is ze werkelijk een met de andere mensen. Sterven is ieders lot. Zij is zelfs blij als ze ontdekt dat ze ouder wordt en jarig kan zijn, terwijl sommige mensen het oud worden koste wat het kost op afstand proberen te houden met crèmes. Nozomi accepteert het juist en wil het hele proces meemaken tot en met haar dood. Het lijkt triest, maar dat is voor haar niet zo.
Zo met de dood als iets natuurlijk lijkt AIR DOLL wel te passen in uw oeuvre. Hoe plaatst u de film zelf tussen de rest van uw werk?
Ik vind het eigenlijk een hele positieve film. Het is een romantisch liefdesdrama, en in zekere zin ook een melodrama. Het gaat over het leven, over seksualiteit en erotiek, niet over de dood. Het gaat wel weer over gemis, maar een gemis dat de potentie biedt om met anderen contact te maken. Het drukt niet zwaar maar biedt juist een opening om dingen te ontdekken en met mensen samen te leven. Het is een optimistische film. En die probeer ik ook te maken.
AIR DOLL werd voor het eerst vertoond op de 39e editie van het IFFR en draait vanaf 29 april in de bioscoop.
(Lauren Murphy, januari 2010)