Interview Paul Schrader

Paul Schrader (1946) maakte midden jaren zeventig in Hollywood zoveel indruk met zijn allereerste scripts voor THE YAKUZA en TAXI DRIVER dat hij meteen daarna zijn eigen screenplays voor BLUE COLLAR, HARDCORE en AMERICAN GIGOLO mocht regisseren. Ook na deze gouden jaren, waarin hij in het goede gezelschap van filmmakers Scorsese, De Palma, Coppola, Spielberg en Lucas verkeerde, zette hij nog mooie scripts en films op de wereld. Toch zagen we de rauwe energie van zijn beroemdste personages, veelal vereenzaamde mannen die geen vat meer hebben op de veranderende wereld om hen heen, de laatste twee decennia maar mondjesmaat voorbij schuifelen. Tot nu, tot FIRST REFORMED, zijn beste sinds AFFLICTION uit 1997. In dit ingetogen gefilmde, maar zeer broeierige portret van de alcoholistische priester Ernst Toller (Ethan Hawke) van de uit de Nederlandse Gereformeerde Kerk stammende Christian Reformed Church, stopt Schrader alles wat hij heeft. Ik sprak hem in Toronto. 

 

Het is een hele formele film in vorm, zeker voor uw doen.

Er is een genre contemplatieve verhalen waar ik over schreef voor ik filmmaker werd in het boek Transcendental Style in Film. Toen ik besloot om deze spirituele film te maken, ben ik teruggegaan naar dat boek en ben gaan kijken hoe filmmakers zoals Dreyer, Béla Tarr, Ozu en Tarkovski zich inhielden tijdens het vertellen van hun verhalen: juist terugtrekkende bewegingen, het achterhouden van informatie en het inhouden is de weg naar begrip. In Hollywood worden films op deze manier gemaakt: Kijk! Een snelle auto! Kijk! Een naakte vrouw! Maar ik wilde een film als een eerste afspraakje: voorzichtig uitnodigend, koeltjes. En het is een delicate dans om je in te houden, want je wilt de kijker wel bij het verhaal betrekken en je loopt bij een ingehouden film het risico dat ze na een tijdje weglopen. Qua vorm is deze film daardoor koel en minimaal: de beeldverhouding is 1: 1.37, het kleurenpalet bleek, de compositie ingetogen, en qua montage vrijwel uitsluitend lange takes, statische shots en geen muziek: allemaal witholding devices.

 

De camera volgt uw personages ook nooit, toch?

Klopt, er zit geen pan- of tiltshot in FIRST REFORMED en dat heeft invloed op de toeschouwer. Als ik wil dat jij op een stoel zit en opstaat in hetzelfde shot en ik heb vooraf besloten dat ik de camera stil houd, dan heb ik geen andere keuze dan een totaalshot van een afstand van jou aan tafel in een kamer, omdat ik weet dat jij gaat opstaan en de kamer uit loopt. De weg naar spiritualiteit is voor mij niet die van toegang, maar van het zien wat er is als er niks is. Wat gebeurt er met je als je even verplicht wordt om lange tijd naar een dichte deur te kijken, of naar een hangende sok? 

 

Veel van uw films zitten vol geweld en actie, waarom wilde u nu deze spirituele film maken?

Het heeft iets te maken met mijn leeftijd en met geld. In de VS bestaan geen subsidies voor filmmakers, zoals je dat bijvoorbeeld hebt met het Hubert Bals Fonds in Rotterdam. Dat betekent dat als je geen commerciële publieksfilm maakt, je investeerders hun geld niet terugzien. Het kantelpunt kwam voor mij toen ik lunchte met Pawel Pawlikowski, regisseur van de film IDA: een zwart-witfilm in 1 : 1.37 over een non. Hij zei: als ik deze film voor 2 miljoen kan maken, kan jij dat ook. En waar ik vroeger veertig dagen nodig had om een film te maken, kan dat door technische innovaties nu in twintig dagen, dus besloot ik het te gaan doen en terug te gaan naar de soort verhalen die ik helemaal in het begin van mijn carrière schreef. 

 

U bent zelf religieus opgevoed. Gebruikte u religie in FIRST REFORMED slechts als achtergrond voor de personages, of wil de u écht iets zeggen over religie?

Religie is heel iets anders dan spiritualiteit. Religie is een organisatie: ze hebben gebouwen, leden, regels, vastgoed, hiërarchie. Er bestaat dus altijd een conflict tussen religie en spiritualiteit. Zoals John Lennon al zei: “Ik hou niet meer van God vanaf het moment dat ze hem onder een dak plaatsen”. Het hart van mijn verhaal is wat Kierkegaard beschrijft in The Sickness Unto Death: de existentiële crisis van de mens, dat Kierkegaard gelijkstelt met de erfzonde. Dáár bidt Ernst Toller in de film voor; het is zijn reden om te lijden. En voor een religieus persoon is er een hele Bijbel vol bewijs dat fysiek lijden zal leiden tot bevrijding.

 

Ethan Hawkes personage transformeert in korte tijd naar een enorm complex karakter. 

Het was in mijn script al duidelijk dat ik een personage tot leven wekte, dat op de overgang zit van een eenduidig, overzichtelijk leven naar een meer volwassen begrip van de wereld en zichzelf. En ik zocht dus een acteur die we jarenlang kenden als jongensachtig en nu op middelbare leeftijd de gravitas, de diepte heeft om een lijdende geestelijke te spelen. Dus ik had Jake Gylllenhaal, Oscar Isaacs of Ethan Hawke voor ogen, en van die drie had Ethan de perfecte leeftijd, dus ik wilde per se hem. En hij belde me binnen 24 uur nadat hij het script kreeg opgestuurd terug. Ik was dolgelukkig, want ik vind dat casting een film kan redden of breken.  

 

Hoe streng bent u vervolgens in de pre-productiefase en op de set wat betreft interpretatie door acteurs? Zijn uw letterlijke woorden heilig?

Dat ligt heel erg aan het script. Bij FIRST REFORMED is het script heel geconcentreerd wat betreft taal, verwijzingen en referenties, maar bij DOG EAT DOG (Schaders voorlaatste film; een over de top misdaadactiekomedie met Nicolas Cage, Willem Dafoe, RS): you know, what the heck?    

 

Zag ik u in DOG EAT DOG even voorbij komen in de rol van een maffiabaas?   

Dat was een slecht idee, ik vond het verschrikkelijk. Eigenlijk zou Martin Scorsese die rol spelen, later Tarantino en Abel Ferrara, maar uiteindelijk was er geen geld meer en overtuigde Nicolas mij om het doen. Ik kreeg $900 voor drie scènes!

 

Bent u in New York nog steeds onderdeel van een groep regisseurs, sociaal of stilistisch?

Niet meer zoals vroeger toen Brian De Palma, Marty, George Lucas, Coppola, Philip Kaufman, Spielberg en ik echt samen optrokken. Ik kom sommigen natuurlijk tegen in mijn netwerk. En het hele begrip van een eigen filmstijl is geëxplodeerd: er zijn geen regels meer, er is niet meer zoiets als een goedgemaakte film. Als het werkt, is het goedgemaakt. Je kunt nu een film maken waarin een Raoul Walsh-scène wordt opgevolgd door een Bertolucci-scène, opgevolgd door een Godard-scène, opgevolgd door een Cassavetes-scène en het publiek puzzelt alles wel bij elkaar. 

 

Bent u gezien uw leeftijd en uw carrière bezig met nalatenschap?

Jawel, maar alleen voor nu en niet voor na mijn overlijden. Ken je de film RIDE THE HIGH COUNTRY uit 1962 van Sam Peckinpah? Daarin vraagt de oude cowboy Randolph Scott aan Joel McCrea wat hij nou eigenlijk nog wil in het leven, en McCrea antwoord: “All I want is to enter my house dignified”. Tijdens de montage van FIRST REFORMED moest ik ineens hieraan denken en het bleef bij mij. Ik dacht: als dit mijn laatste film zal zijn, moet het een goede film worden. Ik hoop het niet, maar als het echt zo is, is het goed zo.  

 

Kunt u iets zeggen over uw Hollandse komaf?

Mijn grootvader van moederszijde emigreerde aan het begin van de twintigste eeuw vanuit het Groningse dorp Leens naar Michigan en werd net als vele anderen een selderijboer. Ze pasten hun kennis van dijken uit Holland toe en leefden van het land. En in hun gemeenschap was de Christian Reformed Church (een afsplitsing van de Gereformeerde Kerk, RS) heel belangrijk. Ik ben vele jaren geleden met mijn kinderen nog terug geweest naar Nederland. We zochten tevergeefs het huis van mijn overgrootouders, en toen ik later die dag aan de Noordzee stond, kreeg ik wel meer begrip voor de noodzakelijkheid van dijken: this is a pretty tough place to live!

 

Ronald Simons (Toronto, september 2017)