De helaasheid der dingen
In het buitenland is deze verfilming van de gelijknamige, autobiografische roman van de Vlaamse schrijver Dimitri Verhulst uitgebracht als THE MISFORTUNATES, de onfortuinlijken. Pakkender misschien, maar minder treffend, want de prachtige titel DE HELAASHEID DER DINGEN straalt op een sarcastische en tegelijkertijd poëtische manier uit hoe de leden van de familie Strobbe muurvast zitten in hun verrotte leven en er geen wilskracht voor kunnen opbrengen om er uit te komen. Het kan wel, maar zij kunnen het niet. Jammer, maar helaas. De titel heeft daarmee ook dezelfde spottende, relativerende toon als de filmstijl van regisseur Felix Van Groeningen die de 13-jarige Gunther Strobbe, zijn vader, twee ooms en grootmoeder met dikke knipogen neerzet als waar tuig van de richel dat maling heeft aan alles. Ze zuipen, slaan en feesten er op los. Tokkie-style, zou je kunnen zeggen, maar dan wel leuk om naar te kijken.
Verteller en hoofdpersoon Gunther voelt wel de wens om te ontsnappen aan woonplaats Reetveerdegem en zijn losgeslagen familie, maar het bloed -en het bier- stroomt waar het niet gaan kan. Toch wordt deze vertelling nergens hopeloos of teneergeslagen. DE HELAASHEID DER DINGEN heeft daarvoor enkele troeven. Zo is er gekozen voor de losse structuur van een op zijn jeugd terugblikkende Gunther als eind twintiger. Uit de beelden van die fase van zijn leven blijkt al direct dat, hoewel een Strobbe wel altijd een Strobbe blijft, hij niet in de directe voetsporen van zijn vader en oom is getreden. Het haalt de angel eruit, want we hebben al snel door dat we niet naar de totale ondergang van een 13-jarig kind zitten kijken. Daarnaast is er de volvette aankleding en de humor. Het script balanceert de gehele lengte uitstekend tussen het lachen met en om de familie Strobbe zonder de ernst van het onderwerp uit de weg te gaan.
Met dank aan het anekdotische script en het zichtbare plezier van de groep acteurs, waaronder debutant Kenneth Vanbaeden als Gunther, is regisseur Van Groeningen er net als in zijn vorige film DAGEN ZONDER LIEF (2007) weer in geslaagd om de kijker op safari te sturen naar een wereld die weliswaar lijkt op de onze, maar dan zoveel uitvergroot dat je veilig vanaf een afstandje kunt smullen van alle ellende die je in deze mate hopelijk zelf nooit hoeft mee te maken. Zoals de werkelijk uitputtende, dagenlang durende drankwedstrijden, het kansloze rokkenjagen, het lamlendige rondhangen en hun passie voor Roy Orbinson. Schrijver Verhulst baseerde zijn roman overigens wel op zijn eigen jeugd in het dorp Nieuwerkerken. Achtergebleven familieleden herkende zichzelf direct en lieten na de publicatie weten dat hij er niet meer welkom is.
Er had probleemloos wat van het vele gedrink, geboer en gescheld weggelaten kunnen worden, want het is vanaf de eerste beelden duidelijk dat regisseur Van Groeningen er wel erg veel zin in heeft: de mannen zien er tot in de puntjes verzorgd slonzig uit, de kroegen zijn zeer precies vormgegeven zweterige zuiplokalen waar je nog geen telefoontje zou durven plegen en het Strobbe familiehuis is ingericht met het meest onverkoopbare meubilair uit een willekeurig kringloopcentrum. Alles is lelijk in Reetveerdegem en dat zullen we weten ook. Schuren als een Luikse Dardennesfilm doet DE HELAASHEID DER DINGEN dan ook nergens, want het blijft ver van de realiteit verwijderd. Maar dat is eigenlijk juist zo bijzonder prettig van deze geslaagde boekverfilming, die in Cannes een speciale vermelding ontving en als Belgische inzending naar het Oscarcomité is gestuurd. En dat houdt wel van een beetje couleur locale.