Na vijf kwartier slapstick in dit onvergetelijke voorbeeld van Nouvelle Vague-cinema vergt het grote zuurkool-met-worst gevecht aan het einde wel iets teveel van de kijkers.
Deze ongemakkelijke mix van realisme en slappe komedie is belegen en verdient geen navolging. Wat volgt in vredesnaam op deze film: slapstick in de verwoeste dorpen van Rwanda?