Girls Trip
Ooit waren ze de Flossy Posse: Ryan (Regina Hall), Sasha (Queen Latifah), Lisa (Jada Pinkett Smith) en Dina (Tiffany Haddish). De vier onafscheidelijke studentes die op elk feest het meeste zopen, mannen versierden en uit hun dak gingen. Maar na hun studententijd groeiden ze uit elkaar. Ryan is een succesvol schrijfster van zelfhulpboeken, Sasha heeft een roddelblog, Lisa is een verantwoordelijke huismoeder en Dina is de enige die er nog steeds dezelfde leefstijl op na houdt als vroeger. Wanneer Ryan uitgenodigd wordt als keynote-spreker op het Essence Festival (een echt bestaand cultuurfestival, met name gericht op zwarte vrouwen), ziet ze haar reis naar de festivallocatie in New Orleans als de perfecte gelegenheid voor een Flossy Posse-reünie.
Het fijne aan GIRLS TRIP is dat het merendeel van de humor natuurlijk voortvloeit uit de botsende persoonlijkheden van de vier hoofdpersonages. Geen lange improvisatiesessies en overbodige non sequiturs, zoals in veel hedendaagse komedies, maar goed geschreven scènes gebaseerd op heldere conflicten. Plat en grof, wordt de film genoemd, en dat klopt ook wel, maar de ontelbare piemelgrappen zijn niet gratuit. Bovendien worden ze met aanstekelijk enthousiasme gebracht door de vier sterren. Vooral Tiffany Haddish is een openbaring als grofgebekt feestbeest. Een schaamteloze schepper van chaos die scènes niet steelt, maar ontvoert en verbrandt. Voor zo'n luidruchtig personage is tegenwicht nodig, en dat levert Jada Pinkett Smith met een meer ingehouden, maar even knappe rol als de bezorgde tut.
Gaandeweg zien we de personages meer worden dan de grove schets die ze aanvankelijk zijn. Daarmee wordt de film ook minder lichtvoetig, en dan gaat het de verkeerde kant op: regisseur Malcolm D. Lee injecteert weinig tot geen humor in de scènes waar de belangrijkste karakterontwikkelingen plaatsvinden. Hij maakt een onevenwichtige film. Deels hilarische komedie, deels generiek melodrama. Zeker richting het einde worden de melodramatische scènes vervelend (hoewel om mij heen een aantal vrouwenneuzen gesnoten werden. Ik ben natuurlijk niet de ideale persoon om de emotionele resonantie te bespreken van een film over de vriendschap tussen zwarte vrouwen).
In stilistisch opzicht hoef je van hedendaagse komedies niet veel te verwachten. Ook niet van GIRLS TRIP, dat te veel leunt op clichématige muziek voor het beoogde emotionele effect. Enkele overbodige time-lapse-shots van New Orleans en duidelijke stock-footage van een landend vliegtuig werken vooral afleidend – maar dat zijn details.
Het belangrijkste is: GIRLS TRIP is grappig. Het eerste half uur is zelfs het meest consistent grappige half uur dat ik de afgelopen vijf jaar in de bioscoop heb gezien. Daarna zijn de grappen wat dunner gezaaid, en werken ze ook niet allemaal: een routine met een worst is wat te voorspelbaar en ongeloofwaardig, en aan het einde wordt een aanvankelijk geestige scène om zeep geholpen door gebrek aan komisch talent van een acteur die duidelijk om zijn uiterlijk gecast is. Maar zo'n tachtig procent van de tijd dat GIRLS TRIP een lach wíl, krijgt de film die.