Dawn of the Planet of the Apes
Een aap met een geweer op een paard: met dat ijzersterke beeld lest DAWN OF THE PLANET OF THE APES onze dorst naar zomerspektakel. Apen zijn leuk, met hun expressieve gezichten en lenige lijven. Wie verveelt zich ooit bij het kijken naar een aap? Voeg er een paard en een geweer bij, en je hebt vanzelf blockbusterpret. Dat levert DAWN dan ook, meer dan genoeg. Maar niet zonder duister pessimisme en harde sociale kritiek.
Tien jaar na RISE OF THE PLANET OF THE APES is bijna de gehele mensheid uitgeroeid door het virus dat in die film geïntroduceerd werd. De hyperintelligente aap Caesar (Andy Serkis in een motion capture-rol) en zijn volgelingen wonen in het bos, en hebben daar inmiddels een kleine beschaving opgebouwd. Apen en mensen hebben elkaar in geen jaren gezien.
Het eerste contact vindt plaats als een klein groepje mensen toegang zoekt tot een waterkrachtcentrale in het apenterritorium. Als deze centrale weer in gebruik genomen kan worden, verhoogt dat de overlevingskans voor de paar honderd mensen die nog in de stad wonen. Caesar staat ze toe enkele dagen in zijn rijk te verblijven. Zolang ze maar niets meer van zich laten horen als de centrale eenmaal werkt. Caesars rechterhand Koba (Toby Kebell) vertrouwt het zaakje niet: door zijn ervaring als proefdier heeft hij niets dan haat voor mensen.
Koba's equivalent in het mensenrijk is Dreyfuss (Gary Oldman). Hoe intelligent die apen ook zijn, zegt hij, het blijven beesten, en we moeten ze uitroeien voordat ze gevaarlijk worden. Een strijd is onvermijdelijk.
Waar RISE ons nog menselijke hoofdpersonen gaf, richt DAWN zich voor het overgrote deel op de apen. De mensen dienen als plotdrijvers en archetypen; voor psychologisch drama hebben we Caesar en zijn kompanen. Een gewaagde keuze. Wie begint er behalve Stanley Kubrick nou een sciencefictionepos met twintig minuten in het gezelschap van apen? Maar het werkt. Dankzij de gedetailleerde mimiek op de digitale apengezichten heb je zelden het gevoel naar een special effect te kijken. Dit zijn echte personages. Uiteraard is dat niet alleen te danken aan technische tovenarij, maar ook aan het intense spel van met name Serkis en Kebell. Van onder een dikke laag computermake-up geven zij hun apen een unieke persoonlijkheid. Zelden liet een blockbuster het publiek zich zo identificeren met niet-menselijke wezens.
DAWN heeft voor een actiefilm veel begrip voor beide kanten van het centrale conflict. Koba en Dreyfus zijn antagonisten, maar we hebben sympathie voor hun motivatie, en hun wantrouwen ten opzichte van de andere groep blijkt deels terecht. Wie nou eigenlijk de schuldige is aan de strijd, is moeilijk te zeggen. De film is gemakkelijk te lezen als analogie voor raciale conflicten. Hier is xenofobie echter niet - zoals in veel verhalen - een persoonlijkheidstrek van slechte mensen, maar een structureel probleem dat haast onvermijdelijk blijkt bij een ontmoeting tussen twee culturen. Zelfs onze held Caesar ontkomt er niet aan: hoewel hij weet dat mensen best oké kunnen zijn, is isolatie volgens hem de enige manier om de vrede te bewaren. De mogelijkheid tot vreedzaam samenleven noemt hij niet. Die zien we alleen bij een interactie tussen orang-oetang Maurice en een jongetje dat hem een boek cadeau doet. Een ontroerend moment, maar ook pijnlijk, want we weten dat dit verhaal geen vrolijk einde krijgt. Het bewijs dat mensen en apen elkaar kúnnen verdragen wrijft zout in de wonden.
DAWN heeft een pessimistische boodschap: de ontwikkeling van onze wereld vindt plaats door strijd, en de dominantie van een cultuur wordt niet bepaald door de beste ideeën, maar door de beste wapens. Toch heeft de film gevoel voor humor, zij het cynisch. In één van de sterkste scènes ontmoet Koba twee gewapende mensen, en doet hij zich voor als domme circusaap, zodat ze hem niet als bedreiging zien. Hij speelt hun idee van een aap. Vorig jaar zagen we in 12 YEARS A SLAVE hoe Solomon Northup het voor zijn witte meesters verborgen hield dat hij kon lezen. Als lid van een minderheid ben je veiliger als je voldoet aan de vooroordelen van de meerderheid. Met een beetje fantasie kunnen we het doortrekken naar onze huidige cultuur. Lachen we niet het hardst om allochtone komieken wanneer ze hun eigen achtergrond belachelijk maken?
Wie dat allemaal overdreven interpretatie vindt: geen probleem. DAWN is ook prima genietbaar als spectaculaire blockbuster, vol iconische actiescènes (het shot vanaf een door Koba bestuurde tank: onvergetelijk) en groots drama. RISE was wat mij betreft de beste blockbuster van de jaren '00; dit de beste sinds RISE.