The Killing of a Sacred Deer
De nieuwe Yorgos Lanthimos (THE LOBSTER, DOGTOOTH) is satire van de hardste soort. Hartchirurg Steven (Colin Farrell) heeft een vreemde relatie met de tiener Martin (Barry Keoghan), die zich langzaamaan een steeds grotere invloed uitoefent op Stevens bourgeois gezin. Als duidelijk wordt wat de reden is voor de omgang tussen Steven en Martin, onthult de film zich als een rijk verhaal over het ontlopen van verantwoordelijkheid en waartoe dat kan leiden.
De titel van THE KILLING OF A SACRED DEER verwijst naar de Griekse mythe van Iphigenia, en met dat verhaal toont de film heel wat overeenkomsten. Belangrijkste verschil: de rol van de godin Artemis is het hier overgenomen door een tienerjongen. Laat ik verder niet te veel verklappen: dit is zo'n film waar je zo min mogelijk over moet weten, zo'n film waarvan je van tevoren eigenlijk alleen moet accepteren dat hij je mee zal nemen naar oncomfortabele plekken.
Dat begint al lang voordat de plot sinistere wendingen neemt. Babbelgesprekjes zijn in het universum van regisseur Yorgos Lanthimos immers al hoogst ongemakkelijk. Hier vertel je aan een collega dat je dochter net haar eerste ongesteldheid heeft gehad, en is het niet raar om iemand te vragen naar zijn okselhaar. Lanthimos' puntgave dialogen, gortdroog gebracht door alle acteurs, zijn vaak zeer geestig, en bieden soms het soort diepere inzichten dat eigenlijk alleen te bereiken is door absurdisme. Je ziet mensen beter door een lachspiegel. Martins monoloogje over spaghetti is een klassieker in wording.
Maar THE KILLING OF A SACRED DEER is geen komedie (hoewel Lanthimos stelt van wel). Een grappige film, zeker, maar ook een wraaktragedie. Anders dan in de meeste wraakfilms, lijkt de wreker hier niet bijzonder emotioneel over zijn wraak. 'It's the closest thing to justice I could think of,' zegt hij, en dat is dat. Een angstaanjagender visie dan die van de woedende vergelder: met zulke schijnbaar rationele overwegingen kun je de gruwelijkste situaties legitimeren.
Het acteerwerk en de dialogen creëren een grote afstand tussen personages en publiek, en het is aan de kijker die te overbruggen. Lanthimos is in elk geval niet van plan ons daarbij te helpen, en cinematograaf Thimios Bakatakis evenmin: hoewel hij vaak dicht op de huid van de personages zit, is zijn stijl klinisch en brengt hij mensen in beeld alsof het decorstukken zijn. Let ook op zijn aandacht voor de architectuur van het ziekenhuis, de plek waar Steven de beslissingen neemt en de fouten maakt die zijn lot bezegelen, al wil hij dat zelf niet zien. Een ziekenhuis is van zichzelf al een vervreemdende locatie – maar zelden meer dan hier.