To Stay Alive - A Method
Een Nederlands regisseurstrio, de notoire Franse schrijver Michel Houellebecq, rocklegende Iggy Pop en drie opzichzelfstaande verhaallijnen over waanzin, kunst en overleven; hoe willekeurig deze mengelmoes ook klinkt, het vormt de ‘logische’ basis voor de bijzonder eigenzinnige documentaire TO STAY ALIVE – A METHOD. Houellebecqs bewondering voor Iggy Pop en zijn liefde voor de poëzie van de Parijzenaren Anne-Claire, Jerome en Robert (drie kunstenaars die ieder op hun eigen manier omgaan met hun psychische problemen, kunst en poëzie) bracht de hele groep bij elkaar zoals te lezen is in een eerder interview tussen The Cult Corner-redacteur Guus Schulting en regisseur Erik Lieshout. De verschillende hoofdpersonages laten zich uit over kunst, het leven en lijden.
TO STAY ALIVE – A METHOD resulteert in een wonderlijk portret dat Lieshout met zijn co-regisseurs Reinier van Brummelen en Arno Hagers maakten na een taaie start. Want Houellebecq zou Houellebecq niet zijn als hij niet eerst een terughoudende en sceptische houding zou aannemen jegens media. Maar het plan van Lieshout om een documentaire te maken over de cynische Fransman hield stand en Houellebecq schreef uiteindelijk zelfs mee aan het script – mede door zijn grote bewondering voor de verhalen van de bipolaire Anne-Claire, de ex-psychiatrische patiënt Jerome en vrije kunstenaar Robert. Maar Houellebecq deed meer. Hij deed eigenhandig research voor de film, want door het aandragen van bovenstaande personen legde hij de fundering voor Lieshouts project. Ondanks dat Houellebecq meester is over zijn eigen schaakspel, en die van zijn tegenstander, door alle pionnen naar eigen wens te positioneren, drukt het Nederlands regisseurstrio desalniettemin een verbijsterende visuele stempel op de film. Op meesterlijke wijze zweert de buitenkant van de documentaire samen met de inhoud, waardoor hun aandeel zichtbaar als de koningin over het schaakbord manoeuvreert.
Houellebecqs essay Rester Vivant (vertaald als Leven, lijden, schrijven) uit 1991 vormt de leidraad van de documentaire. Het artikel is bedoeld als een – naar Houellebecqs eigen zeggen – “zwak” doch serieus pamflet dat betoogt om (dicht)kunst te scheiden van realiteit, want “leren om dichter te worden is afleren om te leven”. Cryptisch, tegenstrijdig, maar toch ook weer waar. En wie bekend is met het werk van de Franse schrijver herkent zijn weemoedige en kritische blik naar kunst en literatuur zoals die ook weerklinken in bijvoorbeeld Platform, Mogelijkheid van een Eiland en Onderworpen. Zijn uiterst scherpe observaties over filosofie, ideologie en zelfs pornografie weten als geen ander de aandacht van zowel vriend als vijand te trekken. Houellebecq wil hiermee – als een kunstenaar pur sang – “op de zere plekken van een samenleving drukken” door juist de kwelling, de lelijkheid en het verval van een samenleving te laten zien. Maar de film focust zich vooral op het essay Rester Vivant, een lofzang over lijden – de film is immers een “feelgood movie about suffering” als we de ondertitel moeten geloven.
Waar zit ‘m die “feelgood” dan precies in? De thematiek is niet bepaald lichtzinnig te noemen en de verhalen van Anne-Claire, Jerome en Robert zijn bijwijlen meelijwekkend. Maar toch krioelt er door de documentaire heen een voelbare ironie, uiterst scherp en sec. Deze wordt vooral aangewakkerd wanneer de quotaties uit Rester Vivant versneden worden met de (deels) geënsceneerde beelden van de hoofdpersonages. Iggy Pop, enkel bekleed met een badjas en een bril die op het puntje van zijn neus leunt, verzorgt met zijn diepe, geleefde stem de narratie door kalmpjes voor te dragen uit het essay:
“Henri is one year old. He is lying on the floor. His diapers are dirty. He is bawling. His mother is walking back and forth, her heels clicking against the tiles of the floor, looking for her bra and her skirt. She is in a hurry to go to her evening rendezvous. This little thing covered with shit, moving around on the tiles, exasperates her. She begins to cry herself. Henri bawls all the more. Then she goes out. Henri has got off to a good start in his career as a poet.”
De citaten uit Houellebecqs essay zweven door de film heen en het beeld volgt deze fragmentarische structuur: de film gaat van links naar rechts, van onder naar boven en van quote naar quote. Misschien wel zoals het leven zelf: willekeurig en haast onnavolgbaar. De film is dan ook meer dan een visuele trip, want de wisselwerking tussen beeld en inhoud maakt je bewust van het alledaagse en het kunstzinnige, van waanzin en realiteit, en ook de spanning tussen fictie en non-fictie. Vooral deze laatste lijkt de documentaire steeds weer te willen benadrukken.
Want TO STAY ALIVE – A METHOD lijkt door zijn variëteit aan citaten en poëtische lessen het perfecte handboek voor de echte dichter, maar in zijn 70 minuten durende verschijning is de film ook een (prop)volle collage van verschillende soorten beeldvormen. Zo vallen vooral de reconstructieve fragmenten op die het werk van Houellebecq tot leven moeten laten komen. Het is weliswaar geënsceneerd maar tegelijkertijd heel losjes gescript en geregeld komisch ongemakkelijk. Deze scènes spelen zich voornamelijk af in Houellebecqs ouderlijk huis waar Iggy Pop en Houellebecq haast stilzwijgend aan de keukentafel zitten en een scène naspelen uit Houellebecqs boek Mogelijkheid van een eiland. Enige voorkennis is daarom wel op zijn plaats want de oplettende kijker zal door de film heen wel meer fragmenten herkennen uit andere boeken (zoals Elementaire Deeltjes) die niet door de film worden aangekondigd en dus voorbij waaien als een wind. Maar het lijkt tegelijkertijd een onderdeel te zijn van Lieshouts tactiek: laat de woorden van Houellebecq voor zichzelf spreken en deze bepalend zijn voor de structuur van de film. De woorden van de Franse auteur galmen door de hele film, net zoals het lijden door ons hele leven galmt – mits we eerst afleren om te leven uiteraard.