Jimmy’s Hall

Regie: 
Ken Loach
Cast: 
Barry Ward, Francis Magee & Aileen Henry
Jaar: 
2013
Duur: 
106 minuten
Genre: 
Drama
Waardering: 
4 sterren

Regisseur Ken Loach houdt ermee op. Na een illustere carrière waarin hij zich met films als KES (1969), HIDDEN AGENDA (1990) en THE WIND THAT SHAKES THE BARLEY (2006) als een van ’s werelds meest sociaalbevlogen filmmaker toonde, kondigde de 78- jarige Brit een jaar geleden aan dat JIMMY’S HALL zijn laatste film zal zijn. Het is een passend slot geworden. Een charmante en lyrische biopic, die het hart op de goede plek heeft en doet waar Loach zijn hele carrière goed in is geweest: het leven van de gewone man in al z’n glorie in beeld brengen.

Loach’s laatste film is gebaseerd op het leven van James ‘Jimmy’ Gralton (Barry Ward), een Ierse vrijdenker uit het begin van de vorige eeuw die in 1932 uit Amerika terugkeert naar zijn geboorteplaatsje Leitrim. Tien jaar eerder was hij het land uitgezet vanwege zijn communistische opvattingen, maar de depressiejaren in Amerika en het veranderde politieke klimaat thuis, maken het mogelijk voor Jimmy om uit zijn ballingschap terug te keren.

Nu hij terug is, wil Jimmy vooral een rustig leven leiden – het liefst ergens op het platteland, met zijn moeder die hij verzorgt. Maar al snel staat de lokale jeugd bij hem op de stoep. Is hij inderdaad die Jimmy Gralton die tien jaar eerder de Pearse-Connolly Hall oprichtte, willen ze weten. En kan hij het buurthuis, waar Jimmy en de zijnen destijds dans-, kunst- en muzieklessen gaven, niet weer opendoen nu hij terug is? De macht van de Katholieke kerk is de laatste jaren alleen maar toegenomen en elke plek waar plezier gemaakt of cultuur bedreven kan worden, is door het dogmatische instituut verboden.

Natuurlijk kruipt het bloed waar het niet gaan kan, en na enig overreden knapt Jimmy het vervallen buurthuis weer op. En dat is tegen het zere been van de lokale priester Sheridan (Andrew Scott), die bang is dat Jimmy’s lessen de invloed van de kerk zullen ondermijnen en een onzedelijke uitwerking zullen hebben. Het grootste deel van JIMMY’S HALL besteden Loach en vaste scenarist Paul Laverty vervolgens aan de confrontaties tussen Jimmy en Sheridan. Die scènes zijn altijd op het scherpst van de snede, met interessante en krachtige dialogen waarin Jimmy de logica van Sheridan met humor probeert te pareren. Ze tonen ook de zwakte van Loach: zijn neiging om te simplificeren voor de goede zaak – want dat Sheridan de slechterik is stond al voor de film vast.

JIMMY’S HALL is een lichte, gemoedelijke en op momenten zelfs vrolijke biopic. Meer levensschets dan levensverhaal. Loach en Laverty zetten Jimmy neer als een charmant figuur: een sympathieke rebel met een open geest, iemand die wars is van dogma’s en kiest voor plezier. Het zijn dan ook op die momenten van plezier, zoals de zwierige dansscènes of ferme intellectuele debatten, dat JIMMY’S HALL op zijn best is. Lyrische scènes waarin de geestdrift en veerkracht van de gewone man bezongen worden. Het is Loach op z’n best, we zullen hem missen.

 

Jimmy’s Hall