Tambien La Lluvia
In het Spaanse TAMBIÉN LA LLUVIA (zelfs de regen) van regisseur en actrice Icíar Bollaín (TE DOY MIS OJOS, LAND AND FREEDOM) komt een groep westerse filmmakers recht tegenover de plaatselijke bevolking van een dorp in Bolivia te staan, die tegelijkertijd een felle strijd voeren ter bescherming van hun recht op drinkwater.
Om de opnames van hun speelfilm over Christoffel Columbus niet al te duur te maken, besluit de producent om niet te filmen in de Bahama's, daar waar Columbus in werkelijkheid voet aan wal zette in 1492, maar in Bolivia. Daar kan hij de benodigde figuranten namelijk met twee dollar per dag afschepen, want die weten niet beter. Zo gezegd, zo gedaan. Voor de opnames beginnen moet de regisseur alleen nog even een stel figuranten aannemen tijdens een castingmiddag. Van de gewenste markante koppen, blijken er veel van te zijn gekomen. Teveel. De rij voor het castingbureau is ruim een kilometer lang, en de Bolivianen hebben uren in de zon gestaan om voor die schamele twee dollar per dag te willen spelen in een middelgrote Spaanse productie.
Op die castingdag voelt regisseur Sebastián (Gael García Bernal) zich nog verplicht om iedereen een kans te geven, maar van morele bezwaren is bij producent Costa (Luis Tosar) en de crew niets te bespeuren. Zij dwingen de regisseur om zijn keuze te maken en af te reizen naar de eerste filmset. Daar aangekomen breekt er het dorp van de figuranten een crisis uit rondom het drinkwater. De plaatselijke autoriteit verkocht de grond van de bron waaruit zij drinken namelijk aan een Amerikaans bedrijf, waardoor ze alleen tegen betaling gebruik kunnen maken van de bron die zij al eeuwen gebruiken. Figurant Daniel (Juan Carlos Aduviri in een uitstekende rol) werpt zich op als voorman van de opstandelingen en brengt daarmee de voortgang van de film in gevaar. Costa en Sebastián staan voor de morele keuze zich te scharen achter de kolonisatoren of achter de geëxploiteerden.
De getrokken vergelijking tussen enerzijds de filmcrew, het waterbedrijf en Columbus, en anderzijds de oorspronkelijke bevolking, door de Spaande ontdekkingsreiziger ooit aangeduid als Indianen, is glashelder en zeer goedbedoeld door de makers van TAMBIÉN LA LLUVIA. Helaas houdt scenarioschrijver Paul Levarty, de vaste kompaan van regisseur Ken Loach, geen maat en drukt hij ons de misstanden op prekerige wijze op het hart. Want het blijft niet bij de twistpunten van het figurantenloon en het drinkwater, want ook op de set en op de straten van het dorp spelen zich allerlei scheve verhoudingen af. Als er in de laatste akte ook nog een blanke man voor nodig blijkt om middels een foeilelijke scenario-ingreep een dorpeling te redden van een wisse dood, doet TAMBIÉN LA LLUVIA zichzelf definitief de das om. Zo'n overdaad aan moraliteit gaat er echt niet in.