Le Moine
Op het eerste gezicht lijkt er geen groter verschil te bestaan tussen Dominik Molls eerste twee films, HARRY UN AMI QUI VOUS VEUT DU BIEN (2000) en LEMMING (2005), en zijn nieuwste, LE MOINE. Waren de eerste twee moderne varianten op de klassieke, Hitchcockiaanse suspensethrillers; LE MOINE is een kostuumfilm die zich afspeelt zich in het Spanje van de 17e eeuw en sterkt leunt op het destijds heersende dogmatisch katholieke wereldbeeld. Toch is er een overeenkomst: in alle drie de films wordt het wereldbeeld van de protagonisten op haast traumatische wijze ontregeld door een buitenstaander. In HARRY UN AMI QUI VOUS VEUT DU BIEN zette psychopaat Harry het keurige leventje van Michel en zijn familie op z'n kop; in LEMMING werd het huwelijk van Alain en Bénédicte Getty op gruwelijke wijze verstoord door de zelfmoord van Alice Pollock; en in LE MOINE wordt het geloof van de Spaanse monnik Ambrosio dusdanig op de proef gesteld dat hij er aan onderdoorgaat.
Maar toch: Molls eerste twee zijn erg overtuigend, LE MOINE is wat wisselvallig. Ambrosio, geweldig gespeeld door Frans steracteur Vincent Cassel, is ooit bij een klooster te vondeling gelegd, groeide daar op en kent daardoor op 30-jarige leeftijd eigenlijk alleen het kloosterleven. Wanneer hij een griezelige edelman de biecht afneemt en deze verklaart dat hij zich aan verleidingen overgeeft omdat Satan machtig is, antwoordt Ambrosio volhardend: ‘Satan is slechts zo machtig als wij hem toestaan'. Hoogmoed voor de val, zo blijkt, want wanneer de door brandwonden geplaagde en daardoor zijn gezicht met een angstaanjagend masker verbergende Valerio het klooster aandoet, komt Ambrosio's leven in een neerwaartse spiraal terecht waarin zijn ergste nachtmerries werkelijkheid worden.
De Frans-Duitse regisseur Domink Moll (1962) baseerde het verhaal op Matthew Lewis' The Monk, een notoire gothic novel uit 1796. Lewis' roman, die hij overigens op 19-jarige leeftijd schreef in de tien weken die hij ooit in Den Haag doorbracht, was destijds vooral berucht omdat het de gruwelheden waartoe Ambrosio door de duivel verleid werd, expliciet en beeldend beschreef. In Molls verfilming gebeurt alles echter buiten beeld en dan vooral onderhuids. Daarnaast is Lewis' roman zelfs voor hedendaagse begrippen opvallend vlot en meeslepend geschreven, LE MOINE sleept zich langzaam voort: soms is het griezelig, soms ontroerend en de gotische sfeer is veelal goed getroffen, maar soms is het ook ronduit saai. De grootste vraag echter waarmee we achterblijven is: welk doel Moll met deze verfilming voor ogen had? Een kritiek op het christelijk celibaat, misschien? Of op dogmatische wereldbeelden? Of een griezelige horrorfilm? Op geen van de punten weet hij werkelijk te overtuigen. Dat de film overeind blijft is dan toch vooral te danken aan de acteerprestatie van Vincent Cassel: achter diens onschuldige, haast jongensachtige ogen schuilt een gekwelde geest, die in een hevig gevecht gewikkeld is met zijn lusten.